De osteopathie beoogt vooral het herstel van een perfect fysiologisch functioneren, een harmonie in het functioneren. Ze komt tussen ter hoogte van de functiestoornissen van het lichaam die een storende invloed hebben op de gezondheid.

De osteopathie heeft haar doeltreffendheid meer dan bewezen bij aandoeningen zoals nekklachten, lumbago of ischias. Het dient eveneens te worden vermeld dat osteopathie op efficiënte en veilige wijze kan tussenkomen bij een aantal andere problemen, voornamelijk van functionele aard, van het bewegingsapparaat, en van de organen.

Inderdaad, de osteopathie gebruikt verschillende invalshoeken: we spreken dan van een structurele, viscerale of craniale benadering.

De structurele aanpak streeft de goede beweeglijkheid van elk gewricht op zich na, maar houdt eveneens rekening met de goede beweeglijkheid van de totaliteit van de gewrichten ten overstaan van het globaal posturaal evenwicht.

De viscerale osteopathie onderzoekt eveneens bewegingsbeperkingen. Het gaat hier om de beweeglijkheid van de verschillende in de buikvliezen verpakte organen ten opzichte van elkaar en ten overstaan van de vaste structuren van het lichaam. Hier is de tussenkomst meer gericht op problemen van de spijsvertering, gynaecologische problemen of buikklachten in het algemeen.

Het derde aspect behelst het craniaal domein. Dit is het meest omstreden omdat er op dit vlak nog heel wat wetenschappelijk onderzoek te verrichten is. Desalniettemin is deze wijze van behandelen vaak heel doeltreffend bij kinderen en meer bepaald bij baby’s ter behandeling van gevolgen na de bevalling, zoals buikkrampen, reflux en problemen ter hoogte van de schedel.